Rainer zwoegt in het zweet zijns aanschijns op een bouwplaats. Zijn eerste baan als locatiemanager is zijn broodnodige grote doorbraak. De stijgende huurprijzen in de stad hebben hem, zijn zwangere vrouw en de 13-jarige dochter Doreen al gedwongen om te verhuizen naar een huisje in de buitenwijken dat gerenoveerd moet worden. In eerste instantie is Doreen niet blij met haar nieuwe leven, maar dan ontmoet ze haar buurvrouw Mara, een meisje wier ouders even rijk als bekrompen zijn. Het duurt niet lang voordat de nieuwe vrienden met vuur spelen. Mara zet Doreen aan tot gemene trucjes en verwikkelt haar ook nog eens in een diefstal.